zaterdag 31 oktober 2015

‘Plas jij maar in je luier!’



Je hebt zindelijk worden en zindelijk zijn. Het tweede lijkt mij heel leuk en handig. Hoewel ik mij voor kan stellen dat de zoektocht naar een wc met een tikkende blaas van je peuter ook niet heel relaxed is. Alleen dat zindelijk worden. Dat vind ik, zeker in het begin, eerlijk gezegd, niet zo leuk, alleen op de succes momenten vind ik het echt tof!

Zomaar ineens zegt ze een paar weken geleden: ‘Eva plassen, mama.’ ‘O ja?’, denk ik. ‘Nou kom op dan, naar de wc’. De luier die uitgaat voelt verdacht warm aan, maar we gaan ervoor! Eva op de wc en ik voor haar op de grond. Voor de entertainment, om tijd te rekken. Ik haal alles uit de kast: liedjes, een boekje, een puzzeltje en filmpjes op de telefoon. Om na 15 minuten alles weer op te ruimen, omdat de warmte van de luier waarschijnlijk toch van de plas komt, die ze net daarvoor heeft gedaan. En zo gaat het een aantal weken door. Ze geeft het, als ze het aangeeft, steeds net te laat aan. Wel bedenkt ze ineens dat ze haar broek vast uit kan doen. Thuis geen enkel probleem. Alleen als we op de Zaanse Schans lopen, wij voor en zij achter en ik achter mij de woorden: ‘Eva plassen, mama’, hoor, denk ik voor ik mij omdraai: ‘Het zal toch niet hè!’ En ja hoor, daar staat Eva met haar broek al op haar enkels te peuteren aan de knoopjes van haar romper. Snel loop ik naar haar toe, trek haar broek omhoog en zeg: ‘Plas maar in je luier.’ Ik besef mij direct, dat het waarschijnlijk de meest foute opmerking is tijdens de zindelijkheidstraining. En denk bij mijzelf: 'El, dat kan echt niet!'

Ik besluit het serieus te nemen. Op een zondag in oktober luier uit, onderbroek aan (mogen die trouwens nog iets kleiner lieve bekende winkel?) en voor het eerst valt er een plas niet in haar luier, maar in de werkkamer. Dat vindt ze maar niks. De tweede en derde plas worden opgevangen door haar onderbroek en broek. Dat vindt ze helemaal vies. Maar dan, die vierde plas, die valt, na het op tijd melden, tot haar eigen schrik in het potje! Waarop oma en ik enthousiast staan te springen en te klappen. Dan vindt ze het toch ook wel mooi. Ze poseert voor de foto, deelt high fives en boxjes uit met papa en opa en plast die dag nog twee keer op het potje. 

Na de laatste plas, luier om en naar bed. Op dat moment gebeurt er iets waar wij niet op hebben gerekend. Door de babyfoon horen wij Eva zeggen: ‘Eva plassen!’ We kijken elkaar aan en denken, wat nu!? We zijn toch niet van plan om de nacht door te oefenen? Na een poging op het potje, luier weer aan met uitleg over het nachtelijke plassen, zeggen wij gewoon weer hartstikke FOUT: 

‘Schat, als je moet: Plas maar in je luier.’

En wat denk je, binnen een week vallen alle plassen overdag in het potje of in de wc en ’s nachts, ’s nachts plast ze lekker in haar luier. Dat is voor iedereen wel net zo makkelijk!

dinsdag 27 oktober 2015

Een strontje, eh stokje voor steken

Het plan is: eendjes voeren!

Alles en iedereen is er klaar voor. De boodschapjes al onderin de wagen, het brood al in Eva haar hand en de eenden zwemmend in de vijver. Eva moet alleen nog even uit de wagen getild worden. En ondanks het feit dat alles en iedereen er klaar voor is, voeren wij uiteindelijk geen eenden.

Want op het moment dat ik Eva en het brood uit de wagen pak, komt er een vlucht meeuwen aan en voordat ik kan bedenken: 'O jee', zijn wij alle drie al onder gescheten! Ja, je leest het goed. Alle drie en ook de wagen zit er onder. 'Gatv... hè BAH!', zeg ik, rekening houdend met een alles napratende twee jarige. Ik besluit dat die eenden wel op een ander moment hun brood krijgen. Eerst maar eens op zoek naar zakdoekjes.  
Waar zijn de natte doekjes als je ze nodig hebt? 
Ik zorg eerst dat ik zelf weer volledig zicht heb. Dan help ik hulpeloze Saar van de poep in haar haar af, dan Eva, die alleen op haar jas getroffen is en ook de grote flatsen van de wagen haal ik eraf. Om de rest thuis schoon te maken.

Dag eendjes, tot de volgende keer.
Als de meeuw er dan tenminste geen strontje, eh stokje voor steekt!


In het kader van: 'Het kan altijd erger':

Birdie birdie in the sky.
Dropped a poopie in my eye.
Thank god cows can't fly!

Het was wel erg, maar gelukkig niet zo erg.


zaterdag 24 oktober 2015

'De blije doos', nou hier word je niet blij van



Er zijn best wat vriendinnen van mij zwanger of net bevallen op dit moment. Spannend of alles goed zal gaan en als er dan een gezonde baby ter wereld komt, is dat zo bijzonder en ontzettend leuk. Vroeger als kind dacht ik dat het alleen maar leuk was. Zonder zorgen en ongemakken. Ongemakken, hoezo? Dat het niet alleen maar ‘leuk’ is, besefte ik voor het eerst toen mijn zus tegen het eind van de zwangerschap liep.

Het was rond de 34ste week. Ergens rond die week kwam het kraampakket per post. Naïef als wij waren, verwachtten wij een soort tweede ‘blije doos’, maar niets was minder waar. Vol verwachting opende mijn zus de doos, sorry, het pakket. Ze viel stil bij het aanzicht van de inhoud en pakte er eerst een soort luier uit. Ze hield het in de lucht en vroeg aan mijn moeder, die aan de keukentafel zat, enigszins gekscherend: ‘Mam, is dit niet iets te groot voor de baby!?’ Mijn moeder kon haar lachen, met moeite, inhouden toen ze zei dat de luiers niet voor de baby waren, maar voor haarzelf. ‘Wat!? Serieus?’ Weg met de pret over het pakket.

Het is maar goed dat sommigen openhartig zijn over wat kan komen. Zo ben je nog enigszins voorbereid. Is het pakket toch nog ergens goed voor. Een troost meiden, meer dan een paar weken hoef je die luiers niet om. En na die weken komen de gemakken. Jullie krijgen een nieuw ritme, met wat geluk een beetje meer slaap, je krijgt je eigen lichaam langzaam weer terug en het genieten kan beginnen.

Lieve vriendinnen, ik wens jullie allemaal een gezonde, lieve baby! En die luiers voor jezelf? Voor je het weet ben je weer uit de luiers en verschoon je enkel nog de luiers van je baby.

zaterdag 17 oktober 2015

’s Avonds voor het slapen gaan



Door de meisjes geniet ik nog meer en nog gemakkelijker. Voorheen kon ik al genieten van kleine dingen. Momenten, gebaren, iets moois in de natuur of ‘gewoon’ een fijn gesprek. Maar nu beleef ik het door Eva haar ogen. Hoe verwonderd zij kan zijn bij eigenlijk alles wel. Hoe vriendelijk ze is tegen iedereen en alles. Ook tegen levenloos materiaal, zoals de glijbaan en de wip wap. ‘Dag wip wap’, zegt ze dan en de glijbaan krijgt een kusje. ‘Hallo bacteriën’, denk ik dan, maar dat terzijde. Of wanneer ze vol enthousiasme roept dat ze een scooter ziet om er in één adem oom Raaf bij te noemen. Want ja oom Raaf heeft een scooter en dat vindt ze prachtig. Een spin in zijn web, die ze van zo dichtbij bewondert, dat hij makkelijk op haar neus kan stappen of hoe ze de bellen van de bellenblaas probeert te vangen. Dat zijn momenten waarop ik met haar mee geniet, volop! Door haar manier van zien en beleven.
Maar ook los daarvan geniet ik enorm van de meiden, door mijn eigen ogen. Heerlijk met zijn drietjes of als Mark er ook is, heerlijk met zijn viertjes boven op elkaar of tegen elkaar aan op een klein stukje van de grote bank tv kijkend. Samen bouwend met de duplo en Saar op een dekentje ernaast. Wanneer we aan tafel zitten en Eva Saar haar aandacht trekt met: ‘Saar? Kijk!’ En dat ze op die manier Saar aan het lachen krijgt. Of voor het naar bed gaan, op de schommelstoel met je schoot vol kindjes, zo vol dat het boek minimaal één keer op de grond valt. Zo genieten. 
En wat ik ook zo enorm genieten vind, is ’s avonds voor het slapen gaan. Niet voordat de meiden gaan slapen, maar voordat wij gaan slapen. Dan loop ik altijd nog even bij ze binnen. Ik leg ze goed, geef ze nog een kus en veeg de haartjes uit hun gezicht. Dan kijk ik naar ze en luister naar hun ademhaling. Dat laatste ook om er zeker van te zijn dat ze nog ademen, dat ze het nog doen, gewoon even checken. Maar dat eerste, dat vind ik nou echt genieten. Kijken terwijl ze slapen, zo rustig, zo lief, zo tevreden, zo mooi. Ik kijk, bewonder en geniet. ’s Avonds voor het slapen gaan!

zaterdag 10 oktober 2015

Hype



Er is een patroon in huize JD geslopen de laatste tijd. Of misschien moet ik zeggen een (tijdelijke) hype. Vooral Eva vindt het geweldig. Sterker nog zij is er mee begonnen, zij heeft de hype, onbewust, geïntroduceerd. Mark vindt het te leuk en doet er graag aan mee. Ik schrik mij soms een ongeluk en maak mij, als de ‘hype’ te lang duurt, zorgen. En Saar? Saar zal vast denken dat wij gek zijn geworden met zijn allen.

In het begin vond ik het maar niks en vroeg ik mij af wat er was gebeurd in de tijd dat ik de kamer even uit was, maar ik begin er langzamerhand ook de lol van in te zien, doe er zelfs af en toe aan mee en word er ook nog goed in. Al zeg ik het zelf. Het begon een week of drie geleden ineens. Ik sprintte naar boven om snel even iets te pakken en liet Eva alleen beneden. Toen ik weer beneden kwam, was het wel heel stil in de kamer. Ik keek rond en zag Eva niet. Toch vreemd. Is ze achter mij aan naar boven gekomen? Weer sprintte ik naar boven en keek daar rond. Nee, geen Eva boven. Naar zolder kon ze niet gegaan zijn, dat had ik moeten merken. Snel terug naar beneden. ‘Eva? Waar ben je?’ Geen antwoord. Nog een keer rond kijken, maar nu wat beter. Achter de bank, achter de gordijnen, in de keuken, in de wc, maar geen Eva. Nog een keer vragen: ‘Eef, waar ben je? Zeg eens iets tegen mij!’ Dat laatste zei ik vriendelijk, doch dwingend. Maar nog geen antwoord. Ik ging het maar eens op een lager niveau bekijken, op mijn knieën. En toen, toen ik bij de eettafel aankwam en wat stoelen aan de kant rolde, zat daar strak achter tegen de muur, Eva, met haar knietjes opgetrokken. Toen ze mij zag, verscheen er een glimlach van oor tot oor en kwam er: ‘BOE!’, uit haar mondje. Hoewel ik ondertussen best een beetje bezorgd was, kon ik na dit aanzicht alleen maar glimlachen. Ze kwam op mij aflopen, gaf mij een knuffel en zei: ‘Mama, Eva stoppen!’ Ja schat, dat heb ik door, eindelijk.

Sindsdien is het zo, wanneer iemand de kamer verlaat, dan is de kans groot dat één van de achterblijvers of zelfs alle achterblijvers zich razendsnel verstoppen om vervolgens muisstil te wachten tot hij of zij gevonden wordt. En Saar? Lieve Saar, later als je groter bent, dan weet je dat wij niet gek zijn. We spelen enkel verstoppertje.

zaterdag 3 oktober 2015

En dat, dat is nou mijn mening!



Meningen, oordelen, veroordelen, hoe je het ook wil noemen. Vaak goed bedoeld, maar het wordt niet altijd goed ontvangen. Waarom niet, zal je denken. Omdat het gewoon niet altijd leuk is, ondanks het feit dat het goed bedoeld is. En laat het nou zo zijn, dat wanneer je zichtbaar moeder wordt als je in verwachting bent of net moeder bent van een baby, dat mensen dan helemaal graag ‘goed bedoeld’ hun mening willen geven. Sterker nog bij mij begon het daarvoor al. 

Dat jaar zou ik 30 jaar worden, aan het eind van het jaar en in de zomer kreeg ik DE vraag: ‘Zeg jij wordt toch 30 dit jaar, wordt het niet eens tijd voor kinderen?’ Nou nu je het zegt! Het staat al op mijn verlanglijst voor Sinterklaas. En mocht ik het nou niet van Sinterklaas krijgen, dan schuif ik de baby door naar de kerst, want wie weet krijg ik het dan wel van de Kerstman. Natuurlijk niet! Ten eerste, er zijn mensen die geen kinderen willen en ten tweede lukt het niet bij iedereen maar zo en soms zelfs helemaal niet, om wat voor reden dan ook. Met groot verdriet tot gevolg. Niet zo’n fijne vraag dus, voor geen enkele vrouw. Als het dan wel lukt om in verwachting te raken, krijg je ook lief bedoeld, en dat denk ik echt, te horen hoe het vroeger allemaal ging. Dit hoor je, nadat de baby er is, overigens ook nog regelmatig. Ik denk, nogmaals, dat het echt goed bedoeld is, alleen vroeger hadden we ook een telefoon aan een draad. Ik bedoel maar.

Maar dan, dan wordt de baby, hopelijk gezond, geboren en krijg je te maken met allerlei meningen. Beginnend bij borstvoeding of kunstvoeding, nogal een hot item onder de moeders. Want je wil toch het beste voor je kind? Eh ja, ik ga ervan uit dat iedere moeder het beste wil voor haar kind. Hoewel ik bij beide borstvoeding heb gegeven, maar ook vrij snel kunstvoeding en ik ontzag heb voor de moeders die lang borstvoeding geven, vind ik de discussies en vooral het veroordelen onder moeders onnodig. Het is per moeder en per kind verschillend wat wel of niet werkt. Voed je kind en geniet ervan!  Andere meningen die regelmatig besproken worden: wel of niet bij je dragen in een zak of doek, buiten of binnen slapen, wel of geen speen/duim, bij jou op de kamer slapen of niet, bij jou in bed of juist niet, vers fruit en verse groenten of alles uit een potje, het eten geprakt of ‘rapley’ (hele stukken eten aanbieden, voor degene die er nog niet eerder over hebben gehoord). Hierbij moet ik toch altijd even denken aan bejaarden zonder gebit, zullen we die ook hele stukken aanbieden en dan gaan zitten kijken hoe ze het weg krijgen zonder tanden? Zullen ze leuk vinden. Verschillende meningen genoeg dus. Tot aan het merk luiers toe. 

Iedereen heeft een mening en het kan ook leuk en leerzaam zijn om deze uit te wisselen, want je kan er ook wat aan hebben. Alleen dat veroordelen als een ander ervoor kiest om het anders te doen. Zo onnodig. Ik zou zeggen, laat iedereen in zijn waarde en leer indien het kan, van elkaar. Gebruik de informatie uit de meningen van anderen als jij ze nuttig vindt en voor de rest, al die ‘goedbedoelde’ veroordelende meningen waar je niks aan denkt te hebben: ‘Hoor aan en laat gaan!’ En dat, dat is nou mijn mening!